Blog 1 - Bukit Lawang

Het regent flink als we in Kuala Lumpur landen. Met 29 graden is het vochtig warm, wel even wennen. We worden opgehaald door de eigenaar van een kleine luxe Guesthouse in Sepang, iets buiten Kuala Lumpur. Erg lekker om een paar dagen te acclimatiseren en prima start voordat we naar Sumatra afreizen.

De vlucht van Kuala Lumpur naar Sumatra verloopt probleemloos, maar de ontvangst op het vliegveld in Medan is chaotisch. Vanwege het Corona virus moet iedereen ineens een gezondheidsverklaring invullen. De meeste tekst is in het Indonesisch, zie dan maar dat je het juiste invult. Aangekomen bij de balie worden de moeizaam ingevulde formulieren, zonder controleren, op een stapel gelegd. De zin ervan ontgaat ons een beetje.

Op het vliegveld van Medan (4mln inwoners!) staat de chauffeur, die de hele reis bij ons blijft, al te wachten. Naar onze eerste overnachting is een afstand van 80 km, maar daar doen we zo'n 5 uur over. Deels door de vele opstoppingen in Medan en deels omdat we daarbuiten over smalle, kronkelende en drukke wegen richting de bergen rijden. Onderweg uitsluitend palmolie plantages. We passeren vrachtauto's vol met palmolie zaden op weg naar de fabriek. Geen oerwoud te zien.

De chauffeur stopt in Bukit Lawang, een dorp aan de rand van het Leuser National Park. Een wiebelende hangbrug over de rivier leidt naar onze Ecolodge, Ecologisch dus. Nou, eco of niet, koud water om te douchen is heel erg wennen. Ook al is het 30 graden buiten. Verder is het een uitstekend hotel met een bijzonder, van bamboe opgetrokken restaurant.

Direct achter de lodge begint het oerwoud. Niet verwonderlijk dat er tientallen apen over het terrein lopen, voornamelijk Thomas Leaf Monkeys en Makaken. Helaas geen Orang Utangs, daar komen wij juist voor.

De volgende ochtend, geheel volgens 'programma' staat een fietstour door de omgeving gepland. Met een gids maken we een leuke tour met verrassende stops. Onder andere bij een tofu/touge maakster. En we stoppen op de lokale rubber-markt. Vanuit de hele omgeving komen rubber-tappers naar de markt. De meesten met een groot blok achter op de scooter.
Afhankelijk van het gewicht brengt een rubber blok voldoende op om 4 tot 8 weken van te leven. Goed om te zien dat in dit gebied, naast de palmolie, ook nog steeds rubber wordt getapt.

De ochtend daarop, in alle vroegte, gaan we met dezelfde gids op pad het oerwoud in. Een pittige klim met onderweg wat uitleg over de planten en de apen die we tegen komen. Als we twee uur onderweg zijn begint de gids de grote apen te roepen. Er leven zo'n 40 Orangs in dit deel van het woud en de gids hoopt op een reactie uit de bomen. Plotseling staat de gids stil en wijst naar boven. Warempel, een grote aap. Onmiskenbaar een Orang Utan. We blijven staan. De Orang had ons al veel eerder gezien en het kijkt nieuwsgierig naar beneden. We zien dat zij een kleintje bij zich heeft.
Niet veel later laat zij zich langs een liaan zakken om ons beter te bekijken. Geweldig zo dicht als ze in de buurt komt. In alle rust 'poseert' ze met haar kleine. Die laat moeder los en klimt behendig omhoog. Na nog een paar foto's vindt moeder het genoeg en gaat ze de kleine achterna.

De rest van de dag lopen we verder door het oerwoud, zonder nog een Orang Utan te zien. Tja, ook dat gebeurt. Het is tenslotte natuur. We zijn al heel blij dat we deze Orang Utan en haar jong van zo dichtbij hebben kunnen fotograferen. De plaatjes spreken voor zich...